Bezocht in 2016 | Wandelen en trekken op KYTHIRA |
|||
WANDELEN
ALGEMENE BOTEN KYTHIRA
(laatste aanpassing op 8 juni 2016) *** = heel mooi **** = uitzonderlijk 2. Avlémonas - Aï Giórgis sto Vounó en terug 3. Chóra - Kapsáli - Chóra *** 4. Chóra - Ano Strapódi en terug 5. Mitáta - Mávri Spiliá - Agia
Spiliótissa - 7. Mylopótamos - watermolens - Mylopótamos ****
8. Potamós - Trifylliánika - Paleóchora
-
|
Hoewel Kýthira ligt tussen Kreta en de zuidoostelijke punt van de Pelopónnisos, wordt het gerekend tot de Ionische eilanden, die voor het allergrootste deel ten westen van het Griekse vasteland liggen, in de Ionische Zee. In de oudheid daarentegen werd het eiland beschouwd als een deel van de Cycladen. Administratief gezien vormt Kýthira samen met zijn zustereiland Antikýthira één grote gemeente die dan weer behoort tot de regio Attica, hoewel het ook daar ver verwijderd van ligt... Kýthira heeft een oppervlakte van 279,5 km2 en een bevolking (2011) van een kleine 4000 inwoners - de bevolkingsdichtheid bedraagt dus 14/km2. In 1864 waren er nog 14500 inwoners, maar daarna was er een constante emigratie naar het Griekse vasteland (Athene) en ook naar het buitenland (VS, Australië en Duitsland). In de mythologie gaat het eiland
Kýthira door als de geboorteplaats van de godin Afrodite of Venus - hoewel
meestal Cyprus deze eer toegewezen krijgt. Het eiland is in de schilderkunst
dan ook het meest beroemd geworden door het bekende schilderij "L'
embarquement pour Cythère", in 1717 geschilderd door de Franse schilder
Watteau: op dit schilderij is een beeld van Afrodite afgebeeld... Het reliëf van Kýthira is vrij bergachtig doordat het eiland twee bergketens heeft: in het westen ligt er een reeks hoogtes van meer dan 400 meter hoogte, met als hoogste top de Mermigáris (506 m); in het oosten ligt er langs de noordoostelijke kust een tweede keten, met als hoogste top de Digenís (489 m). Daar tussenin ligt er een golvende hoogvlakte met kleinere hoogtes van omstreeks de 300 meter; op deze hoogvlakte krijgt men een eerder vlakke indruk van het eiland, hoewel er ook hier plotselinge kloven opduiken, diep uitgesneden in de kalkbodem. In 1972 kwam er een luchthaven op het eiland, luchthaven die in 1998 nog gerenoveerd werd: er zijn dagelijks vluchten naar Athene. Vanuit de haven van Diakoftí zijn er bootverbindingen met Piraeus, Antikýthira en Kíssamos op Kreta (3 maal per week met de Vintséntsos Kornáros), en ook met Gýthio, Kalamáta (1 maal per week) en Neápolis (bijna dagelijks) in de Pelopónissos. Door zijn ligging was Kýthira door de eeuwen belangrijk voor de scheepvaart in dat deel van de Middellandse Zee, halfweg het eiland Kreta en het vasteland van de Pelopónnisos, maar tegenwoordig is het toerisme bijna de enige bron van inkomsten - hoewel Kýthira ook op dat gebied niet echt belangrijk is. Toch kan men het eiland beschouwen als een verborgen parel, niet alleen door de vele schitterende uitzichten met soms veel groen en water, maar ook door de talrijke mooie dorpjes, de interessante kerkjes en kloosters en de prachtige stranden. Van de 64 dorpjes is Potamós
het grootste (396 inwoners in 2001): het heeft een gezellig plein waarop op zondagvoormiddag een
levendige markt doorgaat. Het hoofdstadje van het eiland is Chóra
(267 inwoners),
gelegen in het zuiden: het heeft een Venetiaans kasteel, gebouwd in 1503, en
je hebt er een prachtige uitzicht over het nabijgelegen Kapsáli,
met zijn mooie dubbele baai en stranden; dit dorpje is ook het meest
toeristische met hotels en restaurants en twee kleine vissershavens. Ook
Avlémonas, gelegen op de zuidoostelijke kust, is vrij
levendig: het heeft eveneens een kasteeltje, maar er is vooral het
nabijgelegen mooie strand van Paleópolis. Kýthira heeft ook heel veel prachtige stranden en kleine, heel rustige strandjes, die soms alleen te voet bereikbaar zijn. De mooiste zijn het reeds genoemde strand van Diakoftí, de vele stranden ten zuiden van Avlémonas (Paleópolis, Kaladí, Fyrí Ammos), enkele stranden op de westkust zoals Melidóni, Limniónas en Kalámi - deze beide laatste ter hoogte van Mylopótamos - en de reeds vermelde strandjes ten zuiden van Agia Pelagía. Zoals zo dikwijls op de eilanden is
wandelen ook op Kýthira de ideale manier om het eiland te
verkennen, zeker in april-mei en september-oktober. Zo kan men op een
rustige wijze kennis maken met de natuur - de watervallen, de kloven, de
bloemen - en met de kastelen, de kerkjes en kloosters.
bent u bezoeker nr.
|
oDe
kleine kerk van Agia Varvára bij Paleóchora
Een brug in de vallei van Mylopótamos Het
kástro in Chóra
Het pad naar
Aï Giórgis
De Engelse
school in Káto Chóra
De Zwarte Grot bij Mitáta |